Dianema longibarbis

Dianema longibarbis

Lichaam langwerpig spoelvorming en nauwelijks zijdelings afgeplat. Spitse snuit met flinke baarddraden, die meestal naar voren uitsteken, maar achteruit geklapt worden als de vissen grote haast hebben. De grondkleur van beide soorten is bruin met een variabel patroon van zwarte stipjes. Soms liggen over de flank een aantal van die stippen in één lijn, maar het patroon kan ook geheel willekeurig zijn. De vinnen zijn kleurloos met een lichte ondertoon van de grondkleur. Dianema urostriata wijkt van dit beeld af doordat de vis een opvallend horizontaal zwart-wit gestreepte staart heeft. Niet alle exemplaren zin even bruin; er zijn er ook met een wat meer grijzige tint. De indruk bestaat wel, dat ze lichter van kleur worden als ze zich wat minder prettig voelen.

Verspreiding

Dianema longibarbis komt in Peru voor in de Rio Ambyacu en in de Rio Pacaya.

Verzorging

Dianema’s zijn uiterst vreedzame groepsvissen die prijs stellen op het gezelschap van soortgenoten. Ze zwemmen weliswaar in het aquarium niet “in formatie”, maar het is bij meerdere exemplaren in dezelfde bak wel te merken dat ze zich dan iets prettiger voelen. Vaak scharrelen ze in elkaars gezelschap wat door de bak en gedragen zich daarbij ongeveer zoals de kleinere neefjes van het geslacht Corydoras dat ook wel doen. Daarbij bewegen ze zich wel wat meer in het open water en je kunt ze ook in de middenzone van het aquarium aantreffen, waarbij ze met hun vinnen wapperend met de kop in de stroming lang op één plek kunnen staan.

Het rustgedrag van deze vissen is apart te noemen. Het lijkt wel of ze het “loungen” hebben uitgevonden… In de meest vreemde houdingen kunnen ze tussen de planten hangen, waarbij ze zich dan vaak met snuit en staart tussen de planten hebben “klemgezet”. Dat verandert meteen zodra er iets te eten valt, want dan zoeken ze met elkaar fanatiek “snuffelend” de planten en de bodem af naar wat daar allemaal te vinden is. Die bodem moet bestaan uit fijn zand zonder scherpe delen, zoals dat ook bij Corydoras het geval is. Ook Dianema’s steken hun snuit in de bodem op zoek naar iets eetbaars. Net als Corydoras hebben ze darmademhaling; ze happen regelmatig lucht aan het wateroppervlak.

Deze vissen zijn het meest geschikt voor de niet al te kleine aquaria, al was het maar vanwege hun formaat. Maar in bakken vanaf 120 cm zijn ze best te houden en te verzorgen op dezelfde wijze als Corydoras. Ze zijn uitstekend gezelschap voor Zuid-Amerikaanse karperzalmpjes, dwergcichliden en dergelijke. Maar ook voor een gezelschapsbak zijn het leuke vissen.

Lengte

Maximale grootte van de Dianema longibarbis is ongeveer 10 centimeter.

Voortplanting

Nog maar zelden in een aquarium gebeurd; de vissen in de handel zijn in de regel wildvang. De vissen bouwen schuimnesten, zoals dat ook bekend is van soorten als Callichthys en Hoplosternum. In dat schuimnest zetten ze hun eieren af. Zij zijn zover te krijgen op ongeveer dezelfde manier als Corydoras: een flinke waterverversing met het nodige gekletter en gespetter kan al voldoende zijn. Dat moet dan wel met zacht water gebeuren. De schuimnesten worden in de regel aan de onderkant van een groot blad gebouwd; iets dergelijks zou dus aanwezig moeten zijn. Het mannetje bewaakt de afgezette eieren en jaagt andere vissen consequent weg. De eieren komen na een periode van drie tot zes dagen uit en de jongen kunnen na een dag al verder grootgebracht worden met artemia-naupliën. Aangezien de nesten groot kunnen zijn en de jongen flinke eters zijn, moeten die voldoende voorradig zijn.

Voeding

Alleseters, maar geen plantaardig voedsel. Ze zijn goed in conditie te houden met hetzelfde voer als ook voor Corydoras geschikt is: kreeftjes en garnaaltjes, wormpjes en muggenlarven. Ook diepvriesvoer is geschikt. Niet uitsluitend droogvoer geven, al wordt dit wel genomen. Ook de bekende voedertabletten voor meervallen gaan er wel in. De vissen eten ook wel viskuit. Als bijvoorbeeld eierleggende tandkarpers in een aquarium afgezet hebben, zijn Dianema’s niet te beroerd om alle planten af te snuffelen naar het aanwezige “kaviaar”.

Waarden

Temperatuur: 22-26°C
Hardheid: 2-10 °DH
pH: 5,5 – 7

Opmerking

Dianema’s zijn niet zo vaak in een aquariumzaak te vinden; ze behoren niet tot het standaard-assortiment. Vaak zijn ze echter wel te bestellen. Het zijn heel leuke vissen die weer eens iets anders zijn dan Corydoras. Ze zijn daarmee best te vergelijken, al zijn ze wel iets groter. Met name Dianema urostriata zou ook een leuke “bijvis” voor discussen kunnen zijn.

Video

Auteur

Bianca

Copyright foto’s

Martijn Stins